Torenhoge bouwleges

De bouwleges zijn in het afgelopen jaar fors gestegen, zo blijkt uit onderzoek van de Vereniging Eigen Huis (hierna: VEH). In enkele gemeenten moet voor een omgevingsvergunning voor een nieuwbouwwoning zelfs meer dan het dubbele worden betaald ten opzichte van 2021. Naast de forse verhogingen zijn ook de grote verschillen tussen gemeenten de VEH een doorn in het oog.  

Het ongenoegen bij de VEH is begrijpelijk. Temeer omdat dergelijke onderzoeken al jaren hetzelfde resultaat opleveren. 

Bouwleges bedrijven

Ook bedrijven worden veelvuldig geconfronteerd met astronomische bedragen aan te betalen leges indien zij een omgevingsvergunning aanvragen voor een nieuw te bouwen gebouw of installatie. De legesbedragen staan in die gevallen in geen enkele verhouding tot de omvang van de gemeentelijke dienst; ook staan de leges dan niet in verhouding tot de kosten die de gemeente maakt voor het afgeven van de omgevingsvergunning. 

Hoge Raad

Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad behoeft het legesbedrag ook niet in verhouding tot de omvang van de dienst of de omvang van de kosten te staan. Bovendien, zo oordeelt de Raad, behoort het vaststellen van de legestarieven tot de bevoegdheid van gemeenten en de rechter dient dan terughoudend te toetsen. Volgens de Hoge Raad is het aan de wetgever om beperkingen te stellen aan de ongebreidelde stijging van leges omgevingsvergunning. Die wetgever doet evenwel niets aan de tariefstelling bij de heffing van leges. Met als gevolg dat gemeenten voor een omgevingsvergunning nog altijd hoge legesbedragen kunnen vorderen. 

In bezwaar of beroep: alles of niets

Het vorenstaande betekent niet dat de geheven leges in een individuele zaak altijd rechtmatig zijn. Dat is geenszins het geval, zo blijkt uit de grote hoeveelheid uitspraken van rechtbanken, gerechtshoven en Hoge Raad. Het gaat in die gevallen dan niet om de hoogte van het legestarief maar of de geheven leges wel rechtmatig zijn. Zo mag een gemeente op jaarbasis bijvoorbeeld niet meer leges heffen dan de gemeente jaarlijks aan kosten heeft voor de diensten waarvoor leges worden geheven. Op individueel niveau behoeft er weliswaar geen relatie te zijn tussen leges en kosten van dienstverlening, op jaarbasis dient dit voor de gemeente wel het geval te zijn. De rechter kan op dit punt wél toetsen. De rechter toetst dan of de gemeente op jaarbasis niet te veel leges heft in verhouding tot de totale kosten van dienstverlening. Als de gemeente in strijd handelt met dit voorschrift kan de rechter de aanslag vernietigen.
In dit verband verwijzen wij onder meer naar onze blog van 24 juli 2020 over een zaak die wij bij de rechter hebben bepleit: de uitkomst van die zaak was dat de aanslag leges door het gerechtshof werd vernietigd. 

In een andere recent door ons gevoerde procedure is tussen partijen een schikking getroffen waarbij het bedrag van de geheven leges fors is verlaagd. 

Betekenis in de praktijk: 

Een legesaanslag (soms blijkende uit een factuur leges of legesnota) dient op rechtmatigheid te worden beoordeeld. Weliswaar is het niet of nauwelijks mogelijk om het legestarief met succes te bestrijden, dit betekent nog niet dat leges in alle gevallen rechtmatig worden geheven. In voorkomende gevallen kan bezwaar en/of beroep ertoe leiden dat de aanslag wordt verminderd of zelfs geheel wordt vernietigd. 

Als u vragen heeft, neemt u dan contact met ons op. Wij helpen u graag verder.