Bedrijfswaarde als WOZ-waarde

De Hoge Raad heeft op 12 april jl. arrest gewezen in een geschil over de WOZ-waarde van een golfbaan. Meer specifiek lag de vraag voor of bij de bepaling van de bedrijfswaarde via een DCF-methode alleen de kasstromen van de eigenaar van de onroerende zaak van belang zijn of ook de exploitatieresultaten van de gebruiker van die zaak.
Geheel volgens verwachting heeft de Hoge Raad de eerder uitgezette lijn bevestigt. Ook de Advocaat-Generaal die eerder in deze zaak advies uitbracht aan de Hoge Raad volgde de bestaande jurisprudentie.
Het andersluidende pleidooi van belanghebbende is door de Hoge Raad ongegrond verklaard.  ...  Lees Verder

Informatiebeschikking en Wet WOZ

Rechtbank oordeelt dat informatiebeschikking rechtmatig is opgelegd

Het komt niet vaak voor dat in het kader van de Wet WOZ een informatie-beschikking wordt vastgesteld. Recentelijk heeft de gemeente Blaricum dat wél gedaan. Het beroep van belanghebbende tegen de vaststelling van die beschikking is door de Rechtbank verworpen. Belanghebbende zal, op straffe van een sanctie, alsnog de door de gemeente gevraagde gegevens en inlichtingen dienen te verstrekken.  ...  Lees Verder

HOGE RAAD BEPERKT WOZ-UITZONDERING DIJKWONINGEN

De Hoge Raad heeft op 10 november jl. arrest gewezen inzake de WOZ-waardering van een op een dijk gelegen woning. Specifiek gaat het hierbij om de waarderingsuitzondering (‘vrijstelling’) voor waterverdedigingswerken. In de praktijk bestaat namelijk discussie of de beschermingszones, die direct naast een waterverdedigingswerk zijn gelegen, ook tot dat waterverdedigingswerk behoren.
De Hoge Raad heeft deze vraag ontkennend beantwoord. Hiermee volgt de Raad het gelijkluidende oordeel van het gerechtshof inhoudende dat alleen het dijklichaam kan worden aangemerkt als het waterverdedigingswerk in de zin van de betreffende bepaling. De naastgelegen beschermingszones en buitenbeschermingszones maken hiervan geen deel uit en delen niet in de waarderingsuitzondering. Hieraan doet niet af dat ter bescherming van dat dijklichaam beheersmaatregelen en beperkende voorschriften op deze zones van toepassing kunnen zijn.

NB: op grond van het wettelijk voorschrift zelf delen woningen, die van het dijklichaam deel uitmaken, niet in de waarderingsuitzondering. Voor dergelijke dijkwoningen is dit specifiek geregeld; voor niet-woningen is een dergelijke uitzondering op de waarderingsuitzondering niet opgenomen.  ...  Lees Verder

RIOOLHEFFING: ‘DE VERVUILER BETAALT’, MAAR WIE IS DAT?

Het is een actuele vraag: dient de rioolheffing te worden geheven van de eigenaar of van de gebruiker van een perceel. Bij de beantwoording van deze vraag draait het om het principe ‘de vervuiler betaalt’. Met andere woorden: wie is de vervuiler als het gaat om riolering? Twee actuele ontwikkelingen dienen zich aan.  ...  Lees Verder

KRUISSUBSIDIËRING BIJ LEGES OMGEVINGSVERGUNNING NOG STEEDS MOGELIJK

HR 13 FEBRUARI 2015, NR. 14/00655, ECLI:NL:HR:2015:282

De Hoge Raad oordeelt dat bij de beantwoording van de vraag, of bij de heffing van leges in het kader van de omgevingsvergunning, de in artikel 229b van de Gemeentewet geldende opbrengstlimiet is overschreden moet worden gekeken naar het totaal van de geraamde baten en lasten van de legesverordening als geheel.
Het uitgangspunt van het kabinet om in het kader van de omgevingsvergunning hierbij alleen de baten en lasten van deze vergunning in aanmerking te nemen – en waarmee kruissubsidiëring zou zijn voorkomen – heeft niet geleid tot wetgevende maatregelen. Daarom geldt ongewijzigd hetgeen bij de totstandkoming van artikel 229b van de Gemeentewet hierover is bepaald, aldus de Hoge Raad. ...  Lees Verder